Productenraming 2019 - 2022

Programma 10 Wonen en Leefomgeving

Aantrekkelijke woon- en leefomgeving

Wat willen we bereiken?

De in het raadsprogramma geformuleerde tactische doelstelling luidt: We willen voor onze huidige en toekomstige inwoners een aantrekkelijke woon- en leefomgeving creëren.

Nadrukkelijker dan in eerdere jaren willen we bij het aantrekkelijk houden van de woon- en leefomgeving het gedachtegoed van C2C / circulariteit als drijvende succesfactor voor sterke steden in de samenleving verspreiden met als doel Venlo met dit thema blijvend als koploper op de kaart te zetten.

Indicator

JR 2017

2019

2020

2021

2022

Tevredenheid omgevingskwaliteit

5,60

6,00

6,00

6,00

6,00

Gemiddeld rapportcijfer over de aspecten ‘schoon en groen’, ‘onderhoud wegen/paden’ en ‘speelvoorzieningen’ (tweejaarlijks, stadspeiling). Streefwaarden: aanname dat wijkgericht werken tot meer tevredenheid leidt, echter ook effect versoberingen onderhoud openbare ruimte ingeschat. De over 2017 ten opzichte van het streefcijfer gemeten lagere tevredenheid geeft nog geen aanleiding de streefcijfers bij te stellen, maar dit zal bij cijfers over 2018 mogelijk opnieuw bezien moeten worden.

Indicator

JR 2017

2019

2020

2021

2022

Waardering leefomgeving

4,80

4,80

5,00

5,00

Gemiddelde score in acht waarderingsklassen (8-schaal) over vier aspecten: woonomgeving, basisvoorzieningen, en plusvoorzieningen (jaarlijks, bureau Louter: enquetes inwoners). Streefwaarden: verwachting dat wijkgericht werken tot meer tevredenheid leidt. -- De cijfers over 2017 zullen pas in mei 2018 (: rapportage bureau Louter) bekend zijn.

Wat gaan we daarvoor doen?

Onze ambities reiken verder dan 2019. Om die langere termijn-ambities waar te maken, worden in 2019 de volgende concrete inspanningen geleverd en de daaropvolgende jaren doorgezet. Daarbij zijn financiële voorstellen gecursiveerd . In speciale kopjes wordt telkens aangegeven of er sprake is van C2C(geïnspireerde) activiteiten, gezien de beleidsvoornemens van het Invoeringsprogramma C2C en de in 2018 opgeleverde Ambitie Venlo Circulaire Hotspot 2030.

1.   Vergunningverlening, -toezicht en handhaving (VTH)
Dit betreft het afhandelen van, toezicht houden op en handhaven van aanvragen en meldingen van omgevingsvergunningen, zowel leges- en niet-leges-gerelateerd, en meldingen op gemeentelijk niveau. Een gedeelte van deze taken wordt uitgevoerd door de Regionale uitvoeringsdienst Limburg-Noord (RUD) waarin Venlo participeert. Ook verlenen we vergunningen in het kader van de Wet Bodembescherming, behandelen we verzoeken om subsidie voor restauratie of renovatie van (gemeentelijke) monumenten en verzoeken om planschade, en handelen we klachten en meldingen af die betrekking hebben op de leefomgeving.
In 2018 is voor kleine bouwwerken en vergunningen de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen van toepassing geworden, waarmee bouwplantoetsing bij omgevingsvergunningaanvragen en bouwtoezicht bij marktpartijen is gelegd. In 2019 gaan we de resultaten evalueren.
In 2019 zal de met RUD Zuid-Limburg en provincie Limburg gemeenschappelijke VTH-applicatie (aanbesteed in 2018) worden geactiveerd.
In 2019 zal ook duidelijk worden of binnen de implementatiemiddelen Omgevingswet dan wel provinciale middelen mogelijkheden liggen om extra capaciteit voor handhaving te financieren.

Acties C2C:

  • Binnen het VTH-domein gaan we onderzoeken op welke wijze we in onze VTH-taken en -producten de Venloprincipes kunnen meenemen. In 2019 zetten we een digitaal loket ‘duurzaam bouwen’ op en gaan we C2C-voorbeelden uit de gebouwde omgeving actief  delen. Ook verkennen we hoe we C2C kunnen stimuleren met de legessystematiek, rekening houdend met de  Wet kwaliteitsborging voor het bouwen in 2018.

2.   Planinstrumentarium
In verband met de inwerkingtreding van de Omgevingswet (op 1-1-2021) is in 2017 een ‘impactanalyse implementatie Omgevingswet’ opgesteld. Daaruit is gebleken dat die impact betrekking heeft op de vijf thema`s: (1) bredere samenwerking in de (bestuurlijke) keten, (2) nieuw planinstrumentarium waaronder het Omgevingsplan, (3) optimaliseren werkprocessen en doorontwikkeling organisatie, (4) digitale ondersteuning werkprocessen, en (5) cultuuromslag met bijbehorend gedrag en competenties. In 2019 wordt het in 2018 opgestelde plan van aanpak voor deze vijf deeltrajecten uitgevoerd. Daarbij zal zoveel als mogelijk aansluiting worden gezocht bij al intern lopende trajecten. De vijf deelprogramma`s worden concern-breed “uitgerold” zodat Venlo minimaal voldoet aan de (wettelijke) basiseisen die de Omgevingswet stelt. Het ultieme doel is dat in 2024 iedere burger met een druk op de digitale plankaart weet waaraan hij toe is.
De gemeente Venlo neemt al geruime tijd deel aan een pilot voor het maken van een gebiedsdekkend Omgevingsplan, vooruitlopend op de inwerkingtreding van de Omgevingswet. Het Omgevingsplan vervangt t.z.t. de bestemmingsplannen. Eerder heeft de gemeenteraad de notitie van uitgangspunten voor het Omgevingsplan vastgesteld en is gestart met het uitwerken van deze uitgangspunten in een concreet Omgevingsplan voor de woon- en centrumgebieden, waarbij als eerste opzet een Omgevingsplan voor de kern Tegelen wordt opgesteld. Volgens planning zal er in 2019 een gebiedsdekkend Omgevingsplan voor Venlo zijn opgesteld.
Wat betreft het instrument 'subsidiëring' geldt voor Keramiekcentrum De Tiendschuur, theater De Garage en Filmtheater De Nieuwe Scene dat in 2019 een gesprek wordt gevoerd over besparingsmogelijkheden  door middel van bijvoorbeeld samenwerking. De subsidierelatie en -hoogte van deze instellingen kan dan bij begroting-2020 ter sprake komen.
De subsidie voor het Kunstencentrum Venlo (KCV) wordt vanaf 2020 met circa 25% verlaagd. Daarbij is er een risico dat het laagdrempelig aanbod van kunst- en cultuureducatie in buurten en wijken en voor jongeren onder druk komt. De regeling Kunst in de Openbare Ruimte wordt, in het licht van de totale financiële problematiek, met ingang van 2019 stop gezet.

Acties C2C:

  • Bij het opstellen van het Omgevingsplan zal het Ambitieweb Venloprincipes worden geïntegreerd, met als denkrichting onder andere het gebruik van dat instrument als afwegingskader en/of randvoorwaarde bij nieuwe initiatieven of ontwikkelingen.

3.   Groen-, natuur-, landschaps- en watersystemen
Venlo zal samen met partners (regionaal) anticiperen op en benutten van provinciaal en rijksbeleid op het gebied van groen-, natuur-, landschaps- en watersystemen. Dit levert niet alleen een positief effect op de kwaliteit van de leefomgeving op, maar vergroot ook de veiligheid en biedt mogelijkheden om ontwikkelingen in de stad financieel te koppelen aan opgaven van het rijk.
Binnen de extra aandacht voor de totale Delta- opgave speelt het Delta- programma (met daarin de MIRT-verkenning Meer Maas Meer Venlo) een rol; dit in samenwerking met de Delta-coördinator (regio Noord-Limburg) en de programmamanager van Waterpanel Noord (klimaatstresstest). De uitwerking van deze koppeling is afhankelijk van besluitvorming in de rijksbegroting. Financiële implicaties zijn nog niet concreet. Om deze reden wordt nu wel het  voor Meer Maas Meer Venlo gevoteerde budget teruggeboekt naar de railterminal (multimodale ontwikkeling), een project dat aanzienlijk dichter bij realisatie staat maar nog een tekort kent .
In 2019 zal het HWBP (hoogwaterbeschermingsprogramma] opnieuw veel aandacht vragen. De gemeente Venlo is hier niet de trekker, maar participeert wel actief.
De Agenda Groen en Water met ‘spelregels’ inzake het in cocreatie met onze inwoners omgaan met groen en water op buurt- en wijkniveau wordt in 2019 uitgevoerd. Daarnaast adresseert deze Agenda de majeure, buurten en wijken overstijgende opgaven voor de komende jaren, waaronder klimaatadaptatie.
Begin 2017 heeft de raad het college opgedragen enkele dilemma’s van de  Agenda Groen & Water uit te werken in (kosten)scenario’s. Eén dilemma’s was “Venlo klimaatbestendig: in welke mate en binnen welke termijn gaat Venlo klimaatbestendig worden?” Daarbij is niets doen eigenlijk geen optie. Voordat de kosten van klimaatschade sterk oplopen is het van belang dat we een begin maken met klimaatadaptatie. Het staat al vast dat indien er niet geïnvesteerd wordt in duurzame adaptatie een aanpassing van het huidige rioolstelsel noodzakelijk is met kosten die rechtstreeks moeten worden doorberekend aan onze burgers. Zo snel mogelijk starten met alternatieve, duurzame maatregelen voorkomt dit. Daarnaast is het van belang om de stakeholders te mobiliseren, naast burgers en partners juist óók de gemeentelijke organisatie (op alle niveaus), zodat de problematiek en haar urgentie duidelijk worden. De daadwerkelijke lange termijn-kosten zijn in 2018 in beeld gekomen door de zogenaamde klimaatscan die in een project met andere partijen is uitgevoerd, maar die pas in 2019 concreet genoeg zullen zijn voor verwerking in de begroting. Om die reden wordt een in het Investeringsprogramma belegd krediet van 500.000 euro voor 'Venlo Klimaatbestendig' nu ingetrokken. Indien in 2019 mocht blijken dat extra middelen noodzakelijk zijn, zal een oplossing worden gezocht via kadernota of een begrotingswijziging.
Overigens klemt dit punt te meer omdat via andere maatregelen in deze begroting (minder specifieke groenwerkzaamheden: geen omvorming verharding naar openbaar groen in het kader van klimaatadaptatie; minder onderhoud overige watertaken: daling aandacht voor hoogwatermaatregelen) flankerende maatregelen inzake bestrijding hittestress en wateroverlast ook op een lager pitje zijn gezet. Anderzijds wordt wel onderzocht of, passend binnen wet- en regelgeving, een deel van de middelen rioolheffing kan worden ingezet voor het klimaat- en duurzaamheidsbeleid.
In 2019 zal in dialoog met de stakeholders, mede vanuit het kader 'Samen, nadrukkelijk met onze maatschappelijke partners', dit thema nader worden uitgewerkt en (gedeeltelijk) opgenomen in het programma Venlo circulair en duurzaam. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de beleidssamenvatting in de begroting 2019-2022.

Acties C2C:

  • Het totale werkveld groen-, natuur-, landschaps- en watersystemen laat zich leiden door principes van duurzaamheid en C2C; waar directe toepassing van C2C (nog) niet mogelijk is zijn maatregelen in ieder geval C2C-geïnspireerd.

 
4.   Plannen stadsdeelcentra
De stadsdeelcentra Blerick en Tegelen staan onder druk, ondanks forse investeringen in de afgelopen jaren door de gemeente en haar partners. De opwaardering van de centra is hiermee echter niet afgerond. Richtinggevend zijn nu de afronding van het Centrumplan Blerick en het Centrumplan Tegelen, rekening houdend met de kaders van de detailhandelsnota. Specifiek hiervoor werken we ook in 2019 middels het uitvoeringsprogramma Detailhandel met zijn focus op de twee pilotgebieden stadsdeelcentra Tegelen en Blerick, samen met stakeholders aan compacte levensvatbare centra. De gemeentelijke rol ligt vooral op het gebied van de openbare ruimte en dynamisch voorraadbeheer.
I In 2019 zal het Stadsdeelontwikkelingsplan Blerick, conform het in 2016 gepresenteerde en in 2017 mede op basis van het gesprek met de raad geactualiseerde Aanpakdocument, worden uitgerold; de op uitvoeringsniveau al eerder gestarte pilots worden voortgezet. Daarbij zal de speciale aandacht voor de wijk Vastenavondkamp worden voortgezet.
Het krediet van 2.100.000 euro voor het Uitvoeringsplan Centrum Tegelen en Blerick wordt een jaar doorgeschoven (van 2019 naar 2020).

5.   Milieu en duurzaamheid
Het Ambitieweb Venlo Principes wordt verankerd in het projectmatig werken. Daarmee worden bij projecten de mogelijkheden voor cradle to cradle en duurzame ontwikkelingen in beeld gebracht. De nota Duurzame ontwikkeling van milieuaspecten wordt in 2019 concreet uitgevoerd middels verankering in projecten. Op het gebied van duurzame energie wordt voortdurend verbinding gelegd tussen de juiste partijen om daar nieuwe initiatieven te laten ontstaan. Daarnaast wordt in 2019 planologische invulling gegeven aan de duurzame energieopwekking middels de Regionale Energiestrategie (RES). Ontwikkeling van dit instrument is in 2018 middels de Klimaatwet tot het takenpakket van gemeenten gaan behoren.
In 2013 is de Energiestrategie 2030 Beesel–Venlo–Venray vastgesteld met doelstellingen en op hoofdlijnen te nemen acties tot 2030. Voor 2014-2017 is toen een uitvoeringsprogramma Energie opgesteld met een budget van € 50.000,- per jaar. Voor de periode daarna  is geen op zichzelf staand uitvoeringsprogramma geschreven. Een deel van de activiteiten is gekoppeld aan andere activiteiten binnen de organisatie, een ander deel echter niet. Deze acties zullen mede worden gefinancierd uit de in programma 6 ondergebrachte middelen voor het item C2C/duurzaamheid. Kern is het opstellen van instrumentarium dat duurzame energieopwekking planologisch borgt (inclusief eventuele inhuur voor uitvoering van deze aspecten).
Een in het investeringsprogramma 2018-2021 aangedragen krediet van 200.000 euro , bedoeld voor inzet op de energietransitie, wordt ingetrokken aangezien dit primair een provinciale opgave betekent. Ook op de voor 2019-2020 vanuit het Ambitiedocument Venlo Circulaire Hotspot 2030 (vastgesteld maart 2018) beschikbaar gestelde middelen (2019 500.000 euro, 2020 600.000 euro) wordt voor beide jaren een ton gekort, omdat het uitvoeringsprogramma nog moet worden afgerond. Indien in 2019 mocht blijken dat toch extra middelen noodzakelijk zijn, zal een oplossing worden gezocht via kadernota of een begrotings-wijziging.
In 2019 zal in dialoog met de stakeholders, mede vanuit het kader 'Samen, nadrukkelijk met onze maatschappelijke partners', dit thema nader worden uitgewerkt en (gedeeltelijk) opgenomen in het programma Venlo circulair en duurzaam. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de beleidssamenvatting in de begroting 2019-2022.

Acties C2C:
Bij alle relevante deelpunten hierboven wordt optimaal het gedachtegoed van C2C als drijvende succesfactor voor sterke steden in de samenleving verspreid, en als innovatief ontwerpprincipe voor zowel gebouwen als gebieden toegepast (zoals bijvoorbeeld C2C in de plannen Kazernekwartier is uitgewerkt), met als doel Venlo met dit thema blijvend als koploper op de kaart te zetten.

Wat mag het kosten?

Bedragen x 1.000

Collegeproduct

Baten / Lasten

2019

2020

2021

2022

Aantrekkelijke woon- en leefomgeving

Baten

26.406

33.504

26.541

23.995

Lasten

30.780

37.929

30.480

28.004

Totaal Aantrekkelijke woon- en leefomgeving

-4.375

-4.424

-3.939

-4.009

Lasten, baten en saldo

Bedragen x € 1.000

Lasten

€ 30.780

91,3 %

Baten

€ 26.406

97,2 %